Je seksuele geaardheid heeft te maken met de romantische of seksuele aantrekkingskracht die jij voelt. Deze is per persoon verschillend. Wanneer je twijfelt over je seksualiteit kan dat je flink onzeker maken.
Als je nu 18 jaar of ouder bent, heb je waarschijnlijk meegekregen dat hetero zijn de voorkeur heeft en ‘normaal’ is. De laatste jaren is er ook meer acceptatie rondom homoseksualiteit. Maar wat als je niet in een van die twee hokjes past? Of als je jezelf en je seksualiteit helemaal niet in een hokje wil (laten) plaatsen?
Seksualiteit als hokje
Hokjes en labels kunnen heel beperkend werken. Als je jezelf in een bepaald hokje plaatst, door bijvoorbeeld te vertellen dat je homoseksueel bent als man, dan reageren mensen in je omgeving daar misschien op met vooroordelen en stereotypes. Misschien zeggen ze dingen als:
“Is je partner dan het mannetje en jij het vrouwtje, of andersom?”
“Je bent wel heel mannelijk voor een homo.”
“Zijn je vrienden nu bang dat je verliefd op ze wordt?”
Dit soort vragen kunnen oprecht zijn, maar zijn ook kwetsend. Op deze manier kan een label op je seksualiteit heel beperkend werken. Mensen verwachten blijkbaar van je dat je je op een bepaalde manier gedraagt. Namelijk zoals jouw hokje voorschrijft: zoals het ‘hoort’.
Labels als houvast
Wanneer je je seksuele voorkeuren nog aan het ontdekken bent, dan kan een label ook houvast, begrip en zelfs troost bieden. Misschien heb je nooit een woord kunnen vinden voor wat jij voelt, en ontdek je dankzij een artikel in een tijdschrift ineens dat jouw seksuele voorkeur ook wel ‘panseksualiteit’ genoemd wordt. Of vind je ineens een grote online groep mensen die hetzelfde voelt als jij. In die groep mensen kun je dan steun, herkenning en hulp vinden. Zo voorkom je eenzaamheid of zelfs depressiviteit.
Hokjes en labels uitgelegd
Om je daarin op weg te helpen, wil ik de meest voorkomende seksuele voorkeuren (fysiek, romantisch en/of emotioneel) en genderidentiteiten benoemen.
- Heteroseksueel: je valt op mensen van het andere geslacht.
- Homoseksueel: je valt op mensen van hetzelfde geslacht.
- Biseksueel: je voelt je aangetrokken tot zowel mannen als vrouwen.
- Transgender: je genderidentiteit komt niet overeen met je biologische geslacht. Lees er hier meer over.
- Panseksueel: je voelt je aangetrokken tot iemand, ongeacht het geslacht van de ander.
- Demiseksueel: je voelt je alleen aangetrokken tot iemand wanneer je een diepe emotionele band met die persoon ervaart. Uiterlijk in ondergeschikt.
- Aseksueel: je voelt geen seksuele aantrekkingskracht tot anderen. Hier lees je er meer over.
- Sapioseksueel: je voelt aantrekkingskracht op basis van iemands intellect of intelligentie.
- Queer: je seksualiteit (en je genderidentiteit misschien ook) laat zich niet door een label of hokje beschrijven.
- Intersekse: je hebt als intersekse persoon zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken. In Nederland zijn er ongeveer 85.000 intersekse personen. De VPRO maakte er deze podcast over.
Twijfels over je seksualiteit
Misschien roept dit artikel juist nieuwe vragen of twijfels op. Ik raad je aan om vooral verder te lezen en leren over dit onderwerp. En zoek eens (online) lotgenoten en gelijkgestemden op. Het Zelfhulpnetwerk biedt groepen aan voor jongeren en volwassenen met vragen of problemen rondom seksualiteit en genderidentiteit.
Ben je vooral onzeker over hoe je jezelf kan presenteren als transgender vrouw? Je kunt dan aan de slag met de hulp van een Image professional: een deskundige die je helpt met je uitstraling, manier van kleden en hoe je jezelf presenteert.