“Mijn partner Gerard heeft een drukke baan, met fijne collega’s. Hij is een harde werker en wil graag alles goed doen. Want in dit werk krijgt voor het eerst de kans om te laten zien wat hij kan. Zijn zelfvertrouwen is er enorm door gegroeid. Toch bereikte hij een punt waarop hij niet meer verder kon. Hij bleef 1 dagje thuis, 2 dagen, een week. Maar hij knapte er niet van op, voelde zich alleen maar moe en uitgeput. De bedrijfsarts was duidelijk: Gerard had een burn-out.
Eerst lag hij hele dagen te slapen. Eten deed hij niet, hij was misselijk en kon zelfs geen geuren verdragen. Geluid en licht kon hij ook niet hebben. Geen radio. Geen tv. Gordijnen dicht. Het duurde maanden. Achteraf gezien liep Gerard al een hele tijd op te toppen van zijn tenen.
De afspraken met de bedrijfsarts waren steeds weer spannend. Wat zal het advies zijn? Wat wordt er van hem verwacht? Hoe gaat zijn manager reageren? Hoe ziet de toekomst eruit? Gerard maakte zich wijs dat hij 2 maanden later weer fulltime zou beginnen. Maar de bedrijfsarts adviseerde om het langzaam op te bouwen. Hij is begonnen met 1 uur per dag en neemt er langzaam steeds een uurtje erbij.
Een haptonoom helpt Gerard om te voelen waar zijn grenzen liggen. Ze stapelde bijvoorbeeld zijn armen vol met zware spullen en vroeg of Gerard die even wil vasthouden. Dat bleek een oefening te zijn. Wanneer geef je aan dat het je te zwaar wordt? Gerard zei pas iets toen hij dat punt al voorbij was. Het leerpunt: Als je het moeilijk vindt om met je hoofd je grenzen te herkennen, blijk je die in je lichaam al wel te voelen.
Wat je als kind hebt geleerd, blijkt voor en tijdens een burn-out een rol te spelen. Bij Gerard thuis was er niet zoveel begrip voor grenzen. Niet zeuren, gewoon doorgaan. Hij ervaart nu hoe dit doorwerkt in zijn volwassen leven. Tóch even een collega te helpen ook al heb je het zelf druk. Alles alleen op willen lossen. Niet over je gevoel praten.
Nu hij weer langzaam teruggaat naar het werk zijn er goede dagen maar ook slechte dagen. Ik merk dat ik hem steeds wil afremmen. Ik ben bang voor een terugval. Maar het is niet mijn baan en ook niet mijn hoofd. Hij moet er zelf zijn weg in vinden. Dat heb ik moeten leren. Als partner kan ik hem alleen ondersteunen. Dat lukt de ene keer beter dan de andere keer, want zo’n overspannen man werkt mij soms behoorlijk op de zenuwen.
Leren waar je grenzen liggen, is een proces van vallen en opstaan. Gerard herkent nu beter wat er misgaat. Hij is zich meer bewust van de stress-signalen in zijn lijf en stopt als hij voelt dat het niet gaat. Inmiddels werkt hij weer 5 uur per dag. Hij sport om zich te ontspannen in plaats van het vroegere biertje om de stress te dempen.
Ik heb er vertrouwen in dat het helemaal goedkomt. Uiteindelijk komt hij er beter uit.”